In een vorige blogpost kon je al lezen hoe een veehouder getuigt dat onze korfventilatoren hem helpen om hittestress te voorkomen bij zijn melkkoeien. Maar hoe werken die toestellen nu juist en welke bijkomende voordelen bieden ze? Wout Goderis van Goderis CowCompany geeft meer uitleg bij enkele veelgestelde vragen.
1. Wat is hittestress?
“De optimale omgevingstemperatuur voor melkvee ligt tussen -5 en 18°C. Bij deze omstandigheden houdt een koe zelf haar lichaamstemperatuur binnen de grenzen van 38 tot 39°C. Door te zweten en te hijgen voert ze warmte af. Boven die temperatuur kost dit echter extra energie en is een koe nog nauwelijks in staat om haar lichaamstemperatuur te regelen. Daarom gaat ze dan minder bewegen en minder voer opnemen, om zo minder energie te verspillen. De gevolgen: een lagere melkproductie en een resem gezondheidsperikelen.”

Met de korfventilatoren stimuleren we de koeien om meer te gaan liggen.
2. Hoe kunnen korfventilatoren dit verhelpen?
“Ze werken precies zoals de ventilatoren die je op warme dagen in je woonkamer plaatst. Ze genereren een koude luchtstroming, waardoor je de staltemperatuur met 5°C of meer kan doen dalen. Zo stappen de dieren wél tot aan de voederbakken en blijft de melkproductie zelfs op hete dagen op peil. Ook de aangehaalde gezondheidsproblemen, zoals pensacidose en klauwbevangenheid, blijven hiermee uit.”
3. Waar kun je korfventilatoren installeren?
“Hoewel je ze in principe ook bij vleesvee kan aanwenden, hangen we de korfventilatoren meestal in melkveestallen. Anders dan de PPTV-buisventilatie, die je dikwijls boven kalverhokken aantreft, gaat het hier veeleer om jongvee en volwassen dieren. Zowel lacterende als droogstaande koeien hebben er baat bij. Die laatsten zitten sowieso al in een stressgevoelige periode rond het afkalven. Hittestress tijdens warme dagen is dan ook zeker niet bevorderlijk voor deze dieren.”
4. Wat is de achterliggende, economische doelstelling van die ventilatoren?
“We hangen de ventilatoren dikwijls in de richting van de trafiek naar de melkput of robot toe, om hen zo een duwtje in de rug te geven. We installeren de toestellen ook boven de ligboxen, om de koeien zo aan het liggen te krijgen. Dit is in feite tegen hun natuur in. Wanneer een koe het te heet krijgt, gaat ze immers liever rechtstaan, omdat ze haar lichaam zo optimaal kan ventileren. Als ze neerligt, gaat ze evenwel meer melk produceren. Eén uur langer liggen per dag, resulteert in tot wel 1,5 liter meer melk.”
5. Als het tegennatuurlijk is, is dit dan wel een goede zaak qua dierenwelzijn?
“Juist wel, omdat je dus ook de algemene gezondheid in stand houdt. De voederopname is bepalend voor een groot sneeuwbaleffect: niet alleen de melkproductie en het vet- en eiwitgehalte van de melk hangen hieraan vast, maar evenzeer de vruchtbaarheid en de klauwgezondheid van de dieren. Een bijkomend voordeel is nog dat de mest in de stal droger is, waardoor je daarin minder vochtminnende bacteriën zal aantreffen. Dit komt opnieuw die gezondheid en dus het dierenwelzijn ten goede.”

De richtwaarde is een luchtsnelheid van 2 m/s op de rug van de rechtstaande dieren.
6. Wat zijn de aandachtspunten bij de installatie?
“Onze studie start met het opmeten van het stalvolume, het tellen van het aantal dieren en het inschatten van de reeds aanwezige, natuurlijke ventilatie. Belangrijk daarbij is de ligging ten opzichte van het zuidwesten: de meest voorkomende windrichting in ons land. Al deze parameters voeren we in in een softwareprogramma, waarna we het gewenste aantal ventilatoren, hun positie in de stal en hun luchtdebiet kunnen bepalen. Bij de installatie zelf waken we er bijvoorbeeld over dat de toestellen op de juiste hoogte en onder de juiste hoek hangen, volgens ons advies. De richtwaarde voor de luchtsnelheid is 2 m/s, op de rug van de staande dieren gemeten.”
7. Kosten die toestellen niet heel veel aan elektriciteit, als ze continu staan te draaien?
“Die verbruikskosten nemen we ook mee in onze berekeningen. Meer zelfs: we maken zelf een rendabiliteitsstudie voor onze klanten. Daarbij gaan we enerzijds uit van het elektriciteitstarief en een schatting van het aantal dagen per jaar wanneer het in de stal warmer wordt dan 18°C. Pas vanaf die temperatuur treden de ventilatoren namelijk automatisch in werking, doorgaans aan 20% van het maximale toerental. Dit voeren we dan stapsgewijs op, tot we bij 25°C aan 100% zitten. De motoren zijn overigens uitgerust met frequentiesturingen, waarmee we de piekverbruiken afvlakken. Anderzijds moet je weten dat hittestress je jaarlijks zeker 120 à 270 euro per koe kost, als je geen ventilatoren plaatst. Zo komen we uit aan een heel gunstige terugverdientijd van soms niet langer dan een jaar.”
8. Voor welke landbouwbedrijven is dit een interessante investering?
“We raden dit iedereen aan! Korfventilatoren zijn zeker niet louter rendabel voor grote bedrijven. Elke veehouder kan er de vele voordelen uit halen, die hier dus vooral bestaan uit het tackelen van de nadelen van hittestress.”
Meer weten over stalventilatie? Contacteer Wout Goderis!